Asembenemend


Na opstaan, ontbijten, opruimen en inpakken, gaan we in Montagu een bergwandeling maken. Montagu is een paradijs voor bergbeklimmen en bergwandelen. Dit bergwandelen is er uiteraard in categorieën. Begin van deze week maakten we een bergwandeling, waar hooguit een paar treden omhoog gestapt moest worden. Vandaag hebben we een andere categorie. Deze is adembenemend. Dat zijn de meeste als we naar het genieten kijken. Maar ook adembenemend als we naar de stijging kijken. Daarom passen we de 200 passen regel toe. Na 200 passen kijken we even om ons heen, drinken een slok water, gaan soms even zitten, of passen de kleding aan en gaan weer verder. Dit geeft iedere keer genoeg adem om door te kunnen gaan en niet oververmoeid te raken. Voordeel hiervan is, dat je tijd neemt om de omgeving te zien en die is prachtig en is iedere keer weer anders. Vanmorgen kunnen we ook steeds verder kijken, omdat de mist optrekt. Tijdens het lopen heb je geen aandacht voor de omgeving, want als je dat doet, lig je zo op je snuit of rol je van de berg.
Wij maken de Aasvogelkrans wandeling. Een van de kortste wandelingen, die de gids bevat. Eenmaal boven zien we de hogere toppen rondom ons oprijzen. Wij hebben een mooi uitzicht op een rivier die tussen de bergen kronkelt en op de weg die er langs loopt. 250 meter lager zien de auto’s er erg klein uit en snelheid hebben ze niet zoveel, lijkt het. Maar het perspectief is zo anders, dat jij je op snelheid en afstand verkijkt. 
On top of: Aasvoëlkrans. Let op de leeuw boven het hoofd!
Na de top moeten we afdalen, wat langs een aantal afgronden gaat. We houden elkaar zo nu en dan bij de hand, om veilig naar beneden te komen. Daarbij volgt het pad alle windrichtingen. Juist daardoor zien we misschien ook wel de bavianen, die beneden het fynbos uitkomen en de weg oversteken. Inclusief jongen zijn het er een stuk of 12.
Wij gaan koffie drinken bij de Montagu fruitdrogerij en nemen ook iets mee. We gaan via een mooi dal met fruitfarms, steeds verder omhoog, tot we de Burgerspas door zijn. Dan volgt een vruchtbare vallei en krijgen we de Rooihoogtepas van 1234 meter. Daar gaan we eten en sandalen aandoen. We genieten van het asembenemende uitzicht over de ‘vlakte’ beneden. Via een stukje N1 (snelweg van Kaapstad naar Johannesburg) komen we verder richting Ceres. Die Venster is de volgende pas, maar daarvoor zien we twee olifanten, dicht bij een game lodge. Na een afslag komen we op de Theronbergpas, een langgerekte pas met halverwege een heuvelachtige hoogvlakte, op 1200 meter. Op de hoogvlakte is links een farm, waar we het weekeinde samen met Anneke, Hartmut en Sophie mogen doorbrengen.

Reacties